Ria de Santa Marta

Een parel gevonden

We varen de Ria de Santa Marta de Ortiguera op. Langzaam verdwijnen de hectische golven en kunnen we weer normaal, zonder om te vallen, achter de helmstok staan. De vaartocht heeft iets langer geduurd dan verwacht. De ebstroom loopt inmiddels, maar we kunnen de drempel van de ria nog over. In korte tijd gaan we van 60 meter naar vier meter diepte. Dit moet je alleen doen bij heel rustig weer. Zie je de oceaan breken, dan moet je omkeren en een haven uitzoeken aan de weerszijden van de ruime ingang van de ria. 


Een prachtige tocht voert ons vier mijl landinwaarts naar het plaatsje Santa Marta. De heuvels ogen vers groen en en zijn bedekt met naaldbomen, die we ook ruiken. Hier en daar een huisje. Het is net of we in Schotland zijn, zó anders dan langs de kust. Het water is helder groen en we zien de zandbanken al voorzichtig verschijnen. We moeten een hele bocht maken en zien dan de haven liggen. De rode en groenen tonnen die er zouden moeten liggen, zijn weg. We varen puur op zicht en op de plotter.


De groene heuvels langs de ria. Klik hier voor meer foto's. 

Als we de haven van Santa Marta binnenvaren, zien we maar weinig plek voor grotere boten. Het is een kleine verenigingshaven, die vol met kleine motorbootjes ligt. We zien één zeilboot langszij aan een steiger liggen. Het is een Nederlander, een man op leeftijd, die gelijk naar ons begint te brullen: "Schiermonnikoog, nou, die moeten toch wel weten dat je daar niet mag liggen!" We hebben aan de kop van de steiger aangelegd, omdat dit de enige plek is. Omdat er touwen liggen, weten wij ook wel dat dit de ligplaats van een andere boot is. We zijn dan ook van plan de havenmeester, die er dus niet blijkt te zijn, om advies te vragen. Hans blijft rustig en loopt naar de brullende Nederlander toe om te vragen wat we het beste kunnen doen. Hij brult nog wat verder en komt dan met de oplossing om aan de westkant van een (te kleine) vingersteiger te gaan liggen, vlak achter zijn boot. En dat doen we, maar wel zo ver weg van hem dat we elkaar niet hoeven te zien en te horen. De Nederland blijkt hier een vaste ligplaats te hebben en ergert zich aan mensen, die profiteren van het gratis water en stroom tappen, die hij waarschijnlijk voor een groot deel betaalt.

Onze ligplaats aan een te kleine vingersteiger

Dan komt het volgende probleem: de dichte poort bij de uitgang. We willen natuurlijk niet weer naar die Nederlander. Gelukkig zijn de Spanjaarden superaardig en behulpzaam. We krijgen les van een local in het inbreken van de deur door een bankpasje te gebruiken. Hans krijgt de deur open. Dat werkt dus prima. 


Santa Marta is een leuk, gezellig en overzichtelijk dorpje ver van zee af. Hier geen toeristen; we zitten al drie dagen tussen de lokale mensen. Het café á la dorpshuis, waar iedereen komt, is supergezellig en heeft een prima internetverbinding. Na ons ontbijtje, dat bijna niks kost, wordt onze tafel een bureau. Met twee laptops, iPhones en fotocamera, zit ik te bloggen, terwijl Hans naar het weer en het nieuws kijkt en uitzoekt wat onze volgende stop zou kunnen zijn. Tussendoor maken we een mooie wandeling langs de ria en genieten we volop van de rust. 


Zonder een woord met de Nederlander te hebben gesproken, verlaten we de haven. Santa Marta is voor ons een parel in één van de vele ria’s die nog gaan komen. 

Een bijzondere plek in Santa Marta

Reacties

Populaire posts van deze blog

Ons plan

De trossen zijn los!

Retteketet neemt sabbatical