Marokko

Cultuurshock

We liggen met de boot in Sale, een stad in het noordwesten van Marokko, ten noorden van de hoofdstad Rabat. De twee steden worden gescheiden door de rivier Bouregreg, waarover wij naar binnen gevaren zijn. De omgeving van de haven is nogal westers; je hebt geen idee dat je in Marokko bent. Alleen als het gebed uit de torens galmt, besef je dat je in een andere cultuur bent aangekomen. Het gebied rond de haven is schoon en er staan strak gestuukte appartementencomplexen. Langs de kade zijn allerlei restaurantjes, waar we veel bediening, maar weinig klanten zien.


Als we voor het eerst buiten de haven komen, krijgen we een flinke cultuurshock. Het begint al met het oversteken van drukke wegen. Ook al lopen we over een zebrapad, de auto’s stoppen niet. Uitkijken dus! We wandelen samen met onze Puff-vrienden en hond Sam naar het oude centrum van Sale. Dit stadsdeel is omringd door gigantische zandkleurige muren met kantelen. We gaan werkelijk terug in de tijd.


De stadsmuur van Sale


Ons verlangen naar een goede internetverbinding is zo groot, dat we bij een (blijkbaar) mannencafé buiten op het terras neerploffen. We willen het thuisfront graag laten weten, dat we veilig aangekomen zijn. Want op Vesselfinder zijn we nergens te vinden en dobberen we nog steeds ergens op de oceaan rond. We drinken onze eerste Marokkaanse thee: zeer zoet met muntblaadjes. Omdat in een mannencafé natuurlijk alleen maar mannen mogen komen, zijn Ingrid en ik maar niet naar binnengegaan. Na ons theetje wandelen we verder. We lopen waarschijnlijk zo verbaasd en met grote ogen rond te kijken, dat we redelijk opvallen. Ook hond Sam trekt veel aandacht. Mensen staren naar hem en lopen dan met een ruime bocht om ons heen. Waarschijnlijk denken ze hier dat een hond aan de lijn gevaarlijk is. 

Sale is niet toeristisch en wij zijn de enige westerlingen. Gelukkig laten ze ons met rust en hebben we absoluut geen last van klevers. Wat ons eigenlijk wel verbaast. Of zou het toch door Sam komen, hummm? Als we de medina inlopen, lopen we een labyrint van smalle, kleine straatjes binnen. Hier verdwalen is zo gebeurd. Achter de kleine deurtjes liggen verrassend grote huizen (een riad) met een binnenhof vol planten en een zwembad. Dit doen ze vooral om de buitenwereld te laten denken dat er niks te halen is. De meeste riads zijn te huur. In de medina is van alles te koop en overal ruiken we eten, dat buiten op kleine stoofjes klaargemaakt wordt. Het leven hier speelt zich vooral buiten op straat af.

Hoofdstraat in Sale. Klik hier voor meer foto's.

Marokko is een interessant land met veel tegenstrijdigheden. We zien buiten de oude stad de westerse wereld opkomen. In het oude stadsgedeelte is het smerig; iedereen gooit zijn vuiligheid op straat. De wijken daaromheen zijn juist weer redelijk netjes. We zien zeer traditioneel geklede mannen en vrouwen rondlopen, terwijl andere juist weer hip en modieus gekleed gaan. Arm en rijk leven naast elkaar. De doden worden hier allemaal begraven en daarom liggen er enorme kerkhoven rondom elke stad. Is het kerkhof vol, dan blijft dit 50 jaar onaangetast. Daarna gaat de bulldozer eroverheen. Een groot deel van de jongeren gaat niet meer naar de moskee, terwijl de ouderen een paar keer per dag gaan. Vrouwen zijn nog altijd tweederangs, maar dat geldt niet voor de jongere generatie vrouwen. Zij werken, ook buitenshuis. Blote benen en armen hebben we bij de vrouwen niet gezien. En dus bedekken ook wij onze armen en benen.

Een vol kerkhof buiten de stadsmuren van Sale

Waar we ook echt rekening mee moeten houden, is wat we eten en drinken. De een na de ander bezwijkt aan de Marokkaanse bacterie. Eerst Ingrid, daarna Hans, toen ik en als laatste Kris. We doen ons best zo hygiënisch mogelijk te leven. We wassen regelmatig onze handen en drinken zeker geen water uit de kraan. Maar ons gestel, vooral onze maag, trekt het niet. De lokale bevolking daarentegen is immuun. 


We wagen toch een restaurantje aan de weg, waar het druk is. Altijd een goed teken. We vinden een zitplek voor ons vieren buiten aan de weg en bestellen allemaal een tajine, die vers voor ons klaargemaakt wordt. Eerst zien we de jonge ober, de zoon van de kok, brood bij de bakker halen, dan zien we hem weer met flesjes water heen en weer lopen. Het wordt allemaal speciaal voor ons gehaald. Met een beetje geduld krijgen we uiteindelijk een heerlijke, rijkgevulde tajine. Die echt goed smaakt! Daarna volgt een fotomomentje met de staf.

Eten op straat. Klik hier voor meer foto's.


We gaan op expeditie naar onder andere Rabat en Fez, de oudste koningsstad van Marokko. In de vroege ochtend nemen we de trein - we reizen eersteklas - naar Fez, een tocht van drie uur. Hans ligt ziek op bed en ik ben ook niet helemaal in topvorm. We hebben een visitekaartje gekregen van een goede gids, die ons in de grootste medina ter wereld kan rondleiden. We hebben zo onze bedenkingen. Zou dit een tourist-trap worden? We besluiten het toch te doen en bellen hem. Tijdens de treinreis onderhandelen we over de prijs en komen uiteindelijk op 100 dirham per persoon. Bij aankomst in Fez moeten we een taxi zien te vinden, die ons voor ongeveer 10 dirham (gelezen in Lonely Planet) naar de blauwe poort brengt. Naar Bab Bou Jeloud, de voordeur van de medina, waar onze gids ons opwacht. Een taxi vinden blijkt nog best een uitdaging, omdat er steeds een man bij komt staan die de boel ophitst. Uiteindelijk vinden we een taxi voor 15 dirham. 

Onze gids uit de film de Matrix

Bij de poort van de medina staat onze gids te wachten in een traditionele, zwarte djellaba. Een losvallend gewaad met lange mouwen en een puntige capuchon. Onze gids lijkt op de hoofdrolspeler uit de film de Matrix. De zonnebril doet het hem. Er zijn nog drie andere mensen die meegaan. En dan begint toch onze tourist-trap, waar we al zo bang voor waren. Hij leidt ons door de medina die, vergeleken met Sale, erg schoon is. We blijven foto's maken en achter elke hoek is weer iets anders te zien. Onze route voert ons helaas vooral langs traditionele bedrijfjes, waar onze gids natuurlijk provisie krijgt. We bezoeken o.a. een zilversmid, medicijnvrouwen, een houtbewerker en een weverij, waar iedereen een doek om zijn/haar hoofd gebonden krijgt. Of je wil of niet. "Jullie hoeven niks te kopen", zegt de gids steeds…, maar toch. Onze groep is niet zo kooplustig. Hij had beter een groep Amerikanen of Chinezen kunnen hebben. We bezoeken een koranschool en betalen entreegeld. De koranscholen zijn rijkelijk versierd met de mooiste mozaïeken en houtsnijwerk. Het is bijzonder dat wij, als niet-moslim, naar binnen mogen. Ik word gedurende de dag steeds misselijker, maar hou me flink. 

De poort van de medina van Fez. Klik hier voor meer foto's. 

Koranschool

We komen bij de grootste leerlooierij aan, midden in het hart van de medina. Hier zien we met onze eigen ogen en neus hoe het proces verloopt. We zien grote bassins met daarin huiden van koeien, schapen en geiten. Ze worden schoongemaakt, bewerkt en uiteindelijk gekleurd. Een stengel van munt voor onze neus moet de geur iets minder heftig maken. Terwijl ik dit typ, ruik ik de geur nog. Zo heftig vond ik het. Hierna gaan we in een traditioneel restaurant eten. Ik krijg geen hap door mijn keel.

Leerlooierij. Klik hier voor meer foto's. 

Als onze tour is afgelopen, nemen we een taxi terug naar het station. Deze rit (wilde rijstijl) is echt te veel voor me. We lopen het plein voor het station op en ik moet overgeven in een poepzakje van Sam, de hond. Als ik weer een beetje hersteld ben, moeten we jammer genoeg nog meer dan twee uur op de trein terug wachten. De trein die we willen nemen, is vol en hoe voller de trein, hoe duurder het kaartje. Tijdens de terugreis wordt Kris niet lekker. De volgende dag ligt ook hij ziek op bed. De Puff vertrekt daarom niet. Wij durven het aan om de trossen weer los te gooien, samen met nog 14 andere boten.

Toch een tourist-trap

Reacties

Populaire posts van deze blog

Ons plan

De trossen zijn los!

Retteketet neemt sabbatical