Aan lange lijnen

Saint Vaast - Barfleur

We hebben best goed geslapen en dat terwijl de vissersboten rakelings met een rotgang langs de Zeevalk varen. “Zijn wij onzichtbaar of zo!”, zeg ik verontwaardigd. We halen het anker op en zeilen naar Barfleur, een authentiek vissersstadje waar eigenlijk geen plek is voor plezierjachtjes. Bij aankomst is er inderdaad niet echt plek voor ons. “Monsieur, monsieur!“, roept Hans naar een visser die aan de kade ligt. We vragen hem waar we met de Zeevalk kunnen en mogen liggen. Hij wijst naar de ingang van de haven en gaat verder met zijn werk. Het zijn vaak norse figuren waarmee je maar moeilijk contact krijgt. Dat hij ons niet gelijk wegstuurt maar de weg wijst, is al heel wat. 


Tegen de kade met hoogwater



We varen rustig langs de gekleurde vissersboten terug. Het zijn net kleine gebakjes: hoog, klein en kleurig. Gelukkig vinden we een plekje aan de kade, net voor een klein vissersbootje. Met lange lijnen leggen we de Zeevalk vast. Dat is altijd even klooien, want de lijnen mogen niet te strak komen te staan, wanneer het water vijf meter zakt. We blijven voor de zekerheid in de buurt en drinken koffie op het terras van een lokaal barretje waar iedereen komt. Koffie kost hier 1,60 en als je er een uurtje zit, ken je bijna iedereen. 



Barfleur is een echte vissershaven. Op de kade is veel bedrijvigheid van de vissers en langs de kade zijn tal van leuke, kleine restaurantjes. Hier 'moet' je mosselen eten. Want de Barfleurse mosselen - ook wel ‘de Blonde van Barfleur’ genoemd - worden op natuurlijke groeiplaatsen grootgebracht en opgevist. “Vanavond maar even proeven”, zeg ik tegen Hans.
 



Laagwater in de baai van Barfleur

Wanneer de Zeevalk op de zeebodem van Barfleur ligt - al het water is weg - en de lijnen nog steeds goed staan, gaan we wandelen. We lopen naar Phare de Gatteville, ook wel bekend als 'de vuurtoren', 'Pointe de Barfleur' of 'stenen kaars'. Het is een historische en schitterende vuurtoren op het puntje van Cotentin bij Barfleur in Normandië. Wij zijn er al verschillende keren met de Zeevalk langs gezeild. Een baken dat je niet kan missen.

Het is de derde grootste traditionele vuurtoren op aarde, de tweede grootste vuurtoren in Frankrijk en tot op heden nog steeds in gebruik. Het gebouw is zo ontworpen dat er net zoveel treden zijn als dagen in het jaar, net zoveel ramen als weken en net zoveel verdiepingen als maanden. We kijken omhoog de lucht in. "Wat een eind!”, zeg ik tegen Hans, “Heb jij zin om 356 treden te gaan beklimmen?" We kunnen allebei de moed niet vinden en lopen terug. “Zeker weten? Geen spijt straks?”, vraag ik nog. “Ik niet, jij wel?", antwoordt Hans, die toch al hoogtevrees heeft. En inderdaad, later heb ik toch spijt dat ik deze beroemde vuurtoren niet beklommen heb. 


Dit gebied, aan de kust van het Engelse Kanaal, was ooit een dodelijk stukje zee waar veel schepen verloren zijn gegaan. De vuurtoren is nog steeds in gebruik en blijft zeer behulpzaam bij het veilig langs de Franse kust loodsen van schepen. Ook wij moeten rekening houden met deze kaap. Maar omdat wij vanuit Barfleur vertrekken, kunnen we goed plannen. 


Phare de Gatteville

Als we terugkomen bij de Zeevalk ligt er een visser naast ons, met de kont naar de kade, druk bezig het onderwaterschip schoon te maken. De schipper, gelukkig een leuke en spraakzame vent, maakt een praatje met Hans. Hij vindt het leuk dat we er liggen en heeft geen last van ons. De volgende ochtend vertrekken we en met stil water zeilen we rustig om Pointe Barfleur richting Cherbourg. De vriendelijke visser helpt ons losgooien. Hij zwaait ons samen met zijn zoon en kleinzoon uit, drie generaties naast elkaar. Wat een leuk plekje, wat een vriendelijke visser en wat een heerlijke mosselen!

Reacties

Populaire posts van deze blog

Ons plan

De trossen zijn los!

Retteketet neemt sabbatical