Langs de Abers

Snelle Jelles voor de vooruitgang

We liggen weer in Roscoff. Ik had het al gemeld; wij zijn SLOW TRAVELLERS. Onze wc-pomp is kapot en wij hopen dat deze hier gerepareerd kan worden. Ik ga niet in op de details. Hans gaat gelijk in het havenkantoor vragen of er in de buurt bedrijven zijn, die ons zouden kunnen helpen. We krijgen twee adressen. Bij de eerste moeten we twee weken wachten en bij de tweede moet mevrouw haar man even bellen; ze zou ons terugbellen. We wachten in spanning af en hopen toch niet dat we nog SLOWER zullen gaan. Gelukkig heeft ze iemand kunnen regelen. De volgende dag komt iemand ons van deze handicap verlossen.

Na vier nachten in Roscoff te hebben gelegen, piepen we er tussenuit. De wind, die steeds uit de verkeerde richting kwam, namelijk west, gaat draaien naar zuid. Vele boten zien dit als een kans om weer verder te kunnen. Maar iedereen ziet ook harde wind aankomen de volgende dag. Dus je moet ergens veilig kunnen schuilen. Wij willen naar een rivier 30 mijl naar het westen, L’ Aber Wrac’h. Hans heeft aan een oudere man in de haven gevraagd of dit een goede keuze is. Ook goed beschut tegen de harde wind, die ons zou teisteren. Hij zegt dat het een prima plekje is.


Lekker zeilen met een bui in zicht

Varen langs de hoogste vuurtoren ter wereld

Voor de vierde keer gaan we door het kanaal van Ile de Batz, waar we eerst nog zo bezorgd over waren. Er is al een hele stoet zeilboten voor ons uit. Als je dan na vier dagen te hebben gewacht de witte zeiltjes aan de horizon ziet, geeft dit een heerlijk opgelucht gevoel. De zon schijnt, maar er zijn ook een heleboel wolken. Boven land een enorme donkere massa; je ziet de regen neervallen. Wij hopen, tegen beter weten in, dat die donkere massa ons voorbij zal gaan. Niet dus, de regen was kortstondig, maar heftig. We varen langs de hoogste vuurtoren ter wereld, Ile Vierge. Met een hoogte van 81 meter een zeer imposant gezicht. De wind is zeer veranderlijk. Soms zo erg, dat we een gijp moeten maken. Na 3,5 uur zeilen komen we in L’Aber Wrac’h aan. De haven ligt aan het begin van de rivier en is makkelijk aan te lopen.

We krijgen een mooi plekje in de haven toegewezen door de havenmeester. Het is een ruim opgezette havenkom. Aan de wal zie je allerlei materiaal liggen van een zeilschool. Het oogt op het eerste gezicht wat ongezellig. Maar zoals met veel dingen moet alles weer even wennen. Er zou een wedstrijd van start gaan, maar door de aangekondigde harde wind is deze een dag uitgesteld. Net buiten de haven is een lange straat met wat oude pakhuizen. Hier vind je restaurants en cafés. Wij vinden al snel een heel gezellig café met goed internet en geweldige muziek. Hier brengen we onze middagen door, net als alle andere vaste Franse klanten. De Fransen staan bekend om hun vaste ritmes en plek. Bij iedere vaste klant die binnenkomt, wordt wederom gezoend of een hand gegeven. Het lijkt mij als barman erg vermoeiend. De barman is een stoere, grote, brede kerel met een kale kop met flapoortjes en grote bruine ogen. Zeer geschikt voor deze baan. De eigenaar is een slanke, stoere man met een lange, grijze baard. Meestal goed gekleed. Een leuk duo.

Gezellig zitten in café L'Escale. Klik hier voor meer foto's.

De storm die de volgende dag over ons heen raast, is pittig. Urenlang zien wij 40 knopen op de windmeter en dan hebben we de uitschieters niet meegeteld. De regen komt met bakken uit de hemel. Sommige mensen vinden het heerlijk om een middag binnen te zitten en met een goed boek op de bank te kruipen. Ik vind het na een paar uur ook prima en val de hele middag in slaap. Tegen 16.00 uur houdt de regen op en kunnen we frisse lucht happen. De wind is er nog steeds, maar een stuk minder. In de haven had gelukkig niemand schade.

De volgende ochtend worden we wakker met vreselijk nieuws in de krant. De storm van gisteren heeft aan drie vrijwilligers van de reddingsbrigade het leven gekost. Zij rukten uit naar aanleiding van een noodoproep van een vissersboot. De visser blijkt vermist. Een storm van deze omvang, Miguel genaamd, blijkt abnormaal te zijn in deze tijd.

We laten de zee nog een dag met rust en hopen dat de deining minder zal worden, voor we weer verdergaan naar een volgende rivier, L’Aber Ildut. Dit is een beschutte rivier met een nauwe ingang. Onderweg zie je de ruige kustlijn langzaam overvloeien in een glooiende lijn. De granieten rotsen trekken zich terug de zee in. Er zijn maar weinig ligplaatsen voor gasten, dus moeten we stapelen. Wij leggen de Zeevalk tegen een enorme zeilboot van 18 meter aan. Jammer genoeg kunnen we niet zeilen vandaag en hebben we alles moeten motoren. We sluiten de dag af met een etentje in een havenrestaurant, dat goed aangeschreven staat in de zeilboeken. Had Hans ooit opgeslagen in zijn hoofd, jaja!

Alle huizen hebben hier een mooi uitzicht over de Aber

We liggen heerlijk stevig tegen onze monsterbuurboot aan en hebben prima geslapen. De man die bij die boot hoort, rookt een sigaar en de geur komt onze kuip inwaaien. Hij wil om 11.00 uur naar Camaret vertrekken. Daar gaan wij ook naar toe, maar dan later in de middag. Ik denk dat er ook een vrouw bij hoort, maar we hebben niemand aan dek gezien. Hij klust af en toe wat aan zijn boot en neemt dan weer even pauze. Nu gaat hij weer even vissen met een sigaar. Het ziet er komisch uit en na 10x uitgooien heeft hij beet. Hij juicht bijna van opwinding. "Het is een zeebaars", roept ie naar ons. Wij applaudisseren natuurlijk. Dat arme beest spartelt nog een hele tijd in de kuip. Hij vertelt dat hij nooit iets vangt, maar nu is hij apetrots. Voor de mensen die dit niet willen horen: stop even de vingers in je oren. Hier komt het: wij mogen deze trofee, deze heerlijke verse vis en de vangst van zijn leven, van hem hebben. Maar hebben netjes bedankt. Hij kijkt ons aan alsof we een grap maken, maar ik vertel hem dat we geen goed scherp mes hebben, enzo….. 

Onze ligplaats in L’Aber Ildut. Klik hier voor meer foto's.

Vijf minuten later staat hij zijn trofee te fotograferen en met een meetlint op te meten: de zeebaars is 40 centimeter lang. Daarna stuurt hij appjes naar zijn vrienden, die hem gelijk terugbellen. Ik denk dat de vrienden ons dankbaar zijn, want volgens mij is de vis in Camaret dezelfde avond nog in de pan gegaan.

Wij genieten nog van een mooie zonnige middag in L’Aber Ildut en doen weer een stuk van de GR34, een wandeling langs de rivier naar een klein dorpje, Brélès. Rond 15.30 uur gooien we de trossen los en zeilen door het Chenal du Four naar Camaret. We gaan precies tijdens de kentering de Bretonse Westkaap ronden en bij het aanlopen van Camaret krijgen we de weervloed mee. De granieten rotsen zijn in zee verdwenen en de hoge krijtrotsen zijn weer terug. 

De rivier

Vandaag komen Harm en Agnes, mijn ouders, ons een gasfles brengen en nog een paar andere dingen die later toegevoegd zijn, zoals stroopwafels en Snelle Jelles voor de vooruitgang. Wij blijken een Hollandse gasfles te hebben, die je hier dus nergens kunt kopen. Onze oude is afgekeurd, maar nog niet leeg. Nooit geweten dat dit zo moeilijk zou zijn. 

Het weer is wederom weer zeer onstuimig, wisselvallig en koud. Hans zit binnen met een donsjas aan.

Reacties

Populaire posts van deze blog

Ons plan

De trossen zijn los!

Retteketet neemt sabbatical