Ile de Sein

Een mythisch eiland

We azen al een paar dagen op het eiland Ile de Sein, dat acht kilometer in open zee ligt. Het vaargebied, Raz de Sein, is uitdagend door de heftige stromingen, rotsen en snel veranderende weersomstandigheden. Vandaar al die belangrijke vuurtorens langs de Franse kust, die wij gezien hebben met Harm, de vuurtorenspotter. Het zou toch wat zijn, als we daar met onze eigen boot heen zouden kunnen varen, zeggen we steeds. Maar we moeten wachten tot de deining in zee afneemt. We willen niet zo’n ruig tochtje als dat we hebben meegemaakt naar Ouessant. Een Bretons gezegde luidt: 'Wie Moléne ziet, ziet verdriet. Wie Ouessant ziet, ziet zijn angst. Wie Sein ziet, ziet zijn einde, als deze met lagerwal bij stormweer in een witschuimende nachtmerrie verandert.' (vertaling Clemens Kok)

De baai van Ile de Sein bij laagwater. Klik hier voor meer foto's.

We hebben geduld en zeeën van tijd, dus klooien we een paar dagen wat aan. Uiteindelijk lijkt het weer rustiger te worden en draait de wind met tien knopen naar het N/O. Precies wat we willen. We liggen één nacht in de stadshaven van Brest en halen wat vers proviand voor Ile de Sein. Het gaat gebeuren, we gaan het doen! We gaan naar een eiland met een reputatie en een verhaal. Een mythisch eiland, een eiland dat we op ons cv willen hebben. 

Om 6.00 uur 's morgens gaat de wekker. We doen allebei onze eigen voorbereidingen en gooien de boot los. In de grote havenkom, waar ook de hele marinevloot ligt, hijsen we het grootzeil en de genua. Misschien komt het doordat ik een ontbijtje met Snelle Jelles gemaakt heb, maar we speren met zeven knopen de kom uit. We gaan eigenlijk te hard en de barometer slaat alarm vanwege een lagedrukgebied. De wind trekt met 25 knopen van achteren aan en de golven krijgen witte kopjes. We rollen de genua in en zetten twee riffen in het grootzeil. We kijken elkaar aan; dit is toch echt niet voorspeld. Maar ja, het woord zegt het al: VOORSPELD! Het kan altijd anders uitpakken...

De kleurrijke kade met het dorp erachter. Klik hier voor meer foto's.

Zo snel als de wind komt, zo snel is deze ook weer weg. We liggen hulpeloos te dobberen zonder enige vooruitgang. 'Losse wind', zei iemand tegen ons. We besluiten toch even de kustwacht te bellen. Ze zijn zeer behulpzaam en geven ons een gerust gevoel. We moeten helaas de motor starten om straks geen stroom tegen te krijgen.

Ile de Sein is een vlak eiland, omringd door een groep rotsen. De hoge grindwallen aan de zuidoost- en westkant van de kliffen beschermt het eiland tegen de soms onvoorspelbaar woeste zee. Aan de noordkant van het eiland zien we dieptes van 100 meter op de zeekaart staan. De witte vuurtoren met zijn zwarte kop is het eerste dat we aan de horizon zien. De baai waar we gaan ankeren, is niet vol; er liggen een paar andere zeilboten en wat lokale vissersbootjes. Goed ankeren is een kunst. Hoewel er genoeg plaats in de baai is, is het nog best ingewikkeld te bepalen waar we willen liggen. Met 20 meter ankerketting waaien we zo alle kanten op. We gaan achter de golfbrekers aan de oostkant van de baai liggen en houden een beetje water onder de boot. Dit is voor ons eigen gemak. Zo liggen we altijd recht en hoeven we geen rekening te houden met droogvaltijden.

De boot ligt beschermd achter een golfbreker en grindwal

We blijven op de boot, ook om te kijken hoe we bij opkomend water aan ons anker blijven liggen. Het uitzicht op de schattige pastelkleurige huizen langs de kade trekt enorm mijn aandacht. Hoe zou het daar zijn... Wat doen de mensen nu... Morgen gaan we op expeditie en alles onder de loep nemen. We kruipen heerlijk vroeg ons bedje in. Het regent de hele nacht door. De volgende ochtend, na een goede nachtrust, staan we op het punt het eiland te gaan verkennen. Maar er komt een dichte mist opzetten. Even wachten dus. Zo snel als de mist opkomt, zo snel is deze opgelost. We blazen de dinghy op en roeien naar de wal met een tussenstop op een Ovni, die ons hartelijk begroet en ons uitnodigt. Even een praatje gemaakt en toen weer verder. Ondertussen is het weer een stuk lekkerder aan het worden.

Volkstuintjes beschermd door stenen muurtjes

Onze eerste stappen op Ile de Sein zijn euforisch. Het eiland, de sfeer, de huizen, de mensen, het voelt gelijk goed. We wandelen heerlijk langs de opeen gestapelde huizen.We dwalen door de smalle gangetjes van het dorpje. Alle huizen staan dicht tegen elkaar aan met de kont in de wind. Deze waait in de herfst- en winterperiode bijna 20 dagen per maand met kracht 7 uit het N/W. De huizen staan als pinguïns op Antarctica bij elkaar. De natuurlijke vegetatie op het eiland is schaars. Er groeien hier bijna geen bomen; alleen laagbloeiers en rotsplanten doen het hier goed. De gekleurde huizen met hun fraaie tuinen, beschut door stenen muurtjes, geven het eiland charme en kleur. 

Er zitten drie oudere vrouwtjes en een bejaarde hond met pantoffels aan op een bankje voor een huis. Ze kijken uit op het geel gekleurde caféetje Chez Bruno waar wij zitten, en op de baai, waar we met de boot liggen. Ik vraag me af, onder het genot van een heerlijk Bretons biertje, of hun opa’s zich in 1940 bij de vrije Fransen van de Gaulle hebben aangesloten en ongedeerd zijn teruggekomen. Het verhaal gaat dat bijna alle mannelijke vissers, die voor niets bang waren, gehard als ze waren door de wind, zich hadden aangemeld. Een derde van hen keerde niet terug. Nu wonen er 200 mensen op dit geïsoleerde eiland. 

In het midden café Chez Bruno met zicht op laagwater

Lichtbaken bij de ingang van de haven, Men-Brial

Ile de Sein is een eiland met een verhaal. Het is authentiek en het heeft een harmonieuze sfeer. Er rijden geen auto’s, er is geen politie, de stilte is voelbaar. Wij zijn er twee dagen geweest, maar we hadden misschien wel een week willen blijven. Maar zoals de Ovni-mensen zeiden: ”Je moet de juiste wind niet laten gaan”. Zij gaan de volgende dag naar Ile de Glenan en wij gaan achter ze aan. Want ook deze archipeleilanden staan hoog op ons lijstje en willen we graag aan ons cv toevoegen.

Reacties

Populaire posts van deze blog

Ons plan

De trossen zijn los!

Retteketet neemt sabbatical